De bunkers waarbij het onderstaande werd toegepast, waren zeer beperkt op de linie. Op basis van bouwplannen, zijn het er 3.
Het waren allen bunkers die grotendeels ingewerkt zaten in grondheuvels en waarvan het cruciaal was de schietgaten extra te beschermen tegen naderende vijanden.
Bij deze bunkers ging men met een aantal metalen profielen een extra draadafspanning maken voor deze schietgaten zodat deze zelf totaal vooraan niet bereikbaar waren van buitenaf.
Deze staven waren deels recht onderaan en dan steeds met een boogvorm afbuigend naar de bovenzijde toe. De mate waarin deze afbogen, was specifiek voor elk van de bunkers.
De staven (rechthoekige profielen) waren 15 cm diep en 10 cm breed. Onderaan zaten deze in de grond ingegraven over een kleine meter diepte.
Dan waren er om de 25 cm gaten waardoor ronde draden zaten die zo moesten als en gewone omheining, het naderen van de schietgaten van vooraan de bunker, onmogelijk maken.
De bunkers op de linie waar deze situatie zeker zo was, zijn:
|